Nena

29 februari Playa Rubia – Viñales

We hebben de bakolie bij de neef afgegeven, maar we hebben geslapen bij buurvrouw Nena. Nadat we een uur tevergeefs in de hitte gewacht hadden waren we het zat en zijn we verkast. Het werd een mooie avond met heerlijk eten en veel verhalen. Nena is gescheiden toen haar man via Nicaragua naar de VS ging. Zij wilde haar drie zonen niet op Cuba achterlaten, maar had ook te veel twijfels bij de hele onderneming. Natuurlijk viel de stroom weer uit, maar dat was geen probleem want met een kookstel op gas is ze een ‘Cubana preparada’.

Bij het ontbijt krijgen we een volgend lesje economie. Het voelt als een puzzelstukje om dit land een beetje te begrijpen. De overnachting betalen we in Euro’s, net als het eten. Het geld van de overnachting moet naar de bank. Nena krijgt het vervolgens weer uitbetaald in tegoedbonnen in pesos, natuurlijk volgens de officiële koers. Deze bonnen kunnen alleen besteed worden in speciale winkels, met een beperkt assortiment, geen voedsel.

Tot onze verbazing is er tot 20 maart officieel geen brood. Maar op straat zie je niets van dit alles. Alles ziet er tropisch zonnig en zorgeloos uit. Huizen hebben hun eigen kleurtje, vaak met bijpassende stoelen op de veranda. We zien rijst langs de weg, koffie en tabak. De grond is dieprood. Er wordt geploegd met ossen.

We rijden door La Palma. Dit keer scoren we een knijpflesje vruchtensap. Als we het opdrinken komt de vrouw des huizes met het aanbod van koffie. We worden neergezet aan een tafeltje waar het dominospel van gisteren nog open ligt. Ze vertelt over de plannen die ze heeft, het handeltje aan de weg is nog maar een begin, ze wil een casa starten.

We naderen Viñales. Het landschap is zo mooi als de reisgids belooft. We rijden door een vallei met bergen naast ons. Hier zijn zelfs echte restaurants. We stoppen voor lunch, er is één prijs voor alle hoofdgerechten. Dus eten we kreeft, met salade en gebakken banaan. En natuurlijk met rijst en bonen, want zonder rijst en bonen heeft een Cubaan niet gegeten.

Bakolie

28 februari Cabañas – Playa Rubia

We nemen een fles bakolie mee. Op de fiets. Van deze casa naar de volgende. Beide casas zijn van dezelfde familie en er schijnt geen olie te zijn in Playa Rubia, waar we vandaag heen gaan. Zo krijgen we bij het ontbijt een lesje economie. Salarissen liggen tussen 6 en 12.000 pesos (20 tot 40 euro). Mensen krijgen ook voedselbonnen, voor bijvoorbeeld brood. Maar er is geen meel dus ook geen brood in de officiële winkels. Er zijn wel handeltjes die toch meel weten te ritselen, maar dan kost een brood 200 pesos.

We rijden verder naar het westen. Het landschap is groen en de uitzichten zijn fantastisch. Het is rustig op de weg. We zien vooral bussen en paard&wagens. Soms zelfs een ossenkar. De kwaliteit van de weg tussen de gaten is goed. We zwalken van links naar rechts.

We passeren wat dorpen. Het lijkt of elk huis een veranda met twee schommelstoelen heeft. En in een wat groter dorp altijd weer de twee blokken Sovjetflats.

Als we een uithangbord zien met iets dat op eten lijkt stoppen we. De menukaart geeft kaaspizza, worstjes en iets met boter. Het wordt de pizza. We hadden er suikerrietsap bij gewild, maar er is geen stroom om het te persen. Het wordt dus een blikje fris. We eten een bakje yoghurt toe. Inmiddels weten we dat als er iets beschikbaar is we ervan moeten genieten.

Het laatste stuk valt niet mee. De weg is beroerd en het is snoeiheet. Als Carry op me staat te wachten raakt hij aan de praat met een Duitse fietser. Die rijdt nog door naar Viñales, wij houden het bij Playa Rubia.