Kanaal

Met een tas vol schone was rijden we over de Parallelweg Geldrop uit. Het is duidelijk zondag, alle hardlopers lopen, alle wielrenners racen en wij trappen er lekker tussendoor. Dit is een mooi stukje Brabant, veel groen, heide, geen varkens, geen gier. Aan het eind van het pad zien we de Achelse Kluis maar juist ervoor gaan we linksaf. Naast ons vermoeden we de grens, maar pas aan het eind van het pad staat een grenspaal.

Het eerste beeld van België is dat van de Doodendraad. Het is een herinnering aan de stroomdraad die in de eerste wereldoorlog op de grens lag. Gruwelijke verhalen. Nu wordt deze lijn in het voorjaar gememoreerd met witte crocussen.

Ook in het Europa van nu hebben grenzen gevolgen, in Belgie zijn de corona-regels net even anders. Voor het halen van verse broodjes moet weer een mondkapje op.

We wisten het nog van deze route, er zit een stuk langs een kanaal in. En dat klopt, na 30 kilometer komen we bij een kanaal. In het hoofd was dit het koning-Albert-kanaal, maar dat klopt niet. Het is gewoon de ZuidWillemsvaart. Bij Helmond zijn we die ook al over gestoken, maar hier is het allemaal een flinke slag groter. Onvoorstelbaar dat deze waterpartij met de hand gegraven is.

De komende kilometers volgen we het jaagpad. Mooi, recht en bijna een beetje saai. De afwisseling zit in de route, soms fietsen we links, soms rechts van het kanaal. We zijn zeker niet de enigen op het pad, er zijn veel racefietsers, maar nog veel meer grijze Koppies, met allemaal een elektrische fiets. Daarnaast is er nog een aparte groep, de kanaalvissers. Ze hebben van die stoeltjes waar een steigerbouwer jaloers op zou zijn en een heel arsenaal aan hengels, in frames met verklikkers. Voor de viswedstrijd, waar de hengels tot ver over het fietspad reiken, moeten we van het pad af. Als we er langsrijden, valt het op, die vissers zijn niet zo inspirerend, onderuitgezakt op hun stellaties, starend naar het water.

Na een klein rondje door wat volgens het bordje het mooiste dorp van Vlaanderen is, kruisen we het kanaal weer en komen we op de Maasdijk. Rechts van ons ligt nu de ZuidWillemsvaart, links de Maas. Het is een mooi, lommerrijk pad. Als we eraf draaien, worden we verrast door een panorama vanaf de hoge oever: de Maas op de voorgrond, met het geluid van schreeuwende vogels, de verlaten ENCIfabrieken en in de verte de torens van Maastricht. Nog even terug de grens over, dan stoppen we daar voor de komende twee nachten.

Geef een reactie