3 maart Pinar del Rio – San Diego de los Baños
Vanochtend ziet de stad er beter uit. Het kan onze volle maag zijn, het kan ook de route zijn. We rijden langs allerlei officiele gebouwen in goede staat, langs de universiteit en zelfs de sovjetflats zien er goed geverfd uit.
Cuba is maar iets van 200 kilometer breed. Gisteren zijn we de bocht om gegaan. Nu rijden we aan de zuidkant van het eiland naar het oosten. Dit betekent dus wind tegen. Met dit drukkend warme weer is dat niet erg. We kijken verbaasd op als een groep buitenlandse fietsers ons tegemoet rijdt. Wat verderop staat de bus waaruit ze zijn losgelaten. Ze fietsen alleen het laatste stukje naar Pinar del Rio.
We hebben gisteren weer eens geleerd dat je moet eten als je de kans hebt. Dus we stoppen bij allerlei stalletjes langs de weg. Vandaag scoren we droge toast en wat verderop bananen. In hetzelfde stalletje wordt ook vers vlees aangeboden. Het bungelt aan een haak naast de bananen.
Het gebied waar we doorheen fietsen is vrij vlak en dor. Het is duidelijk al een een tijdje droog. De statistieken melden dat de droge tijd deze maand nog duurt. We zien dat er wel al geploegd wordt. En altijd met ossen. De zeldzame trekkers die we zien lijken vooral voor transport te zijn.
Onze route wordt bepaald door waar we kunnen overnachten. Deze keer komen we uit in San Diego de los Baños. We gaan een keer een hotel proberen. De ontvangst is koeltjes, alsof onze aankomst de dag verstoort. De kamer is oké. We willen uurtje badderen in het lokale kuuroord. Helaas is dat voor vandaag al gesloten, want, zo wordt ons uitgelegd, niemand wil werken in het weekend. En als we om het gebouw heen lopen hebben we ook wel genoeg aan de zwavelgeur van het naastgelegen riviertje. Dan wordt het een middagje aan het zwembad.