Als we wakker worden is alles vochtig. Het voelt of de herfst al dichtbij is. Vandaag rijden we langs de Maas. Voordeel hiervan is dat het stijgen en dalen beperkt is, nadeel is dat we alle meanders volgen. We fietsen vandaag 93 kilometer. Aan het eind van de dag blijkt dat we hemelsbreed maar 28 kilometer dichterbij Zwolle zijn gekomen.
We zijn niet de enigen die langs de Maas fietsen. Op een gegeven moment hoor ik wat tikken. Ik kijk of er wat aanloopt. Dat is niet mijn fiets, maar de mountainbike van een lokalo. Hij blijft een tijdje bij ons rijden. Zijn fiets is wat scheef, maar hij heeft geen bagage en vindt eigenlijk dat hij oms makkelijk bij moet kunnen houden. Hij praat wat tegen ons aan, maar met zijn drie tanden is hij moeilijk te verstaan. We begrijpen wel dat hij vindt dat Carry fietst als Froome. Dan groet hij en slaat hij af. Een stukje verderop stoppen we even om wat te eten, en daar komt dezelfde man weer. Natuurlijk is ons verhaal dat hij ons niet bij kon houden en daarom met een smoesje stopte.
De Maas wordt steeds breder, en het dal wordt wat rotsiger. Regelmatig liggen er sluizen en zijkanalen. Die werden in het verleden vast meer gebruikt dan nu. Eigenlijk hebben we nog geen beroepsvaart gezien. Als we lunchen in een klein stadje ligt aan de kade ligt een Nederlands bootje. De dame oefent met haar accordeon, een melancholiek geluid, waardoor we ons heerlijk in slaap laten soezen.
Ook de camping van vandaag ligt aan de Maas. Er zitten twee Nederlandse jongens bij de receptie. Ze klagen dat het survivallen in de Ardennen waardeloos was. Ze hebben een hert en een konijn gezien hebben, en nog minder vrouwen. En ze hebben zoveel gelopen dat de nieuwe Nike Airmax helemaal versleten zijn. Ze hebben nu hun kamp zo opgelagen dat ze vanuit de hangmat wifi hebben. Wij zitten wat verderop en kijken naar de paragliders die van de rotswand tegenover ons naar beneden komen.