We starten met niet zo’n denderend ontbijt en de eerste 15 kilometer langs de grote weg. Maar daarna wordt het mooi. Door de estuaria bij Lagos, met ijsvogels en veel ooievaars, nestelend op alles wat maar een beetje vlak is. Kleinere wegen, rotondes, soms fietsen we een extra rondje omdat we de juiste afslag niet herkennen. De bermen zijn fantastisch, met geel, wit, paars en roze.
Veel van de paden zijn halfverhard, en ik vraag me af & toe af of ze echt fietsbaar zijn. Het is mooi hier, de wegen zijn rustig en het past steeds meer in het beeld dat ik heb bij Portugal. Zeker als we voor de lunch belanden in een klein restaurantje aan het strand. In een klein dorpje met hellende straatjes en witte huizen met rode daken en blauwe luiken. Let wel op de hellende straatjes. Want het is op stukken flink steil vandaag. Resultaat is dat ik eindelijk eens boven de 50 km/u gereden heb, toch een mijlpaal.
Eindpunt van vandaag is ook het eind van Portugal, Sagres. Een stadje aan de meest westelijke punt van Portugal. Het lijkt erop dat we inmiddels de grote toeristenmassa’s achter ons gelaten hebben.