Basiliek

We laten de camping in Varennes-en-Argonne achter ons. We hebben hier een prima rustdag gehad. De camping ligt op meerdere fietsroutes: Langs oude wegen en Langs de frontlinie. We zijn dus niet de enige fietsers. Dat geeft hier een babbel en daar een mooi gesprek. In vergelijking met diverse collegafietsers zijn wij nog jong. Het is een prettig vooruitzicht dat je je ook ná je zeventigste tevreden kunt opvouwen in een klein tentje.

We rijden langs een kolossaal marmeren oorlogsmonument, speciaal voor gesneuvelden uit Pennsylvania. Wat verder op stuiten we op de schuilplaats van de Duitse kroonprins. Hij zat hier op de heuvel om het moreel van de troepen hoog te houden. Blijkbaar ontbrak het hem toch aan vertrouwen want wat verderop wordt verwezen naar de tunnel van de kroonprins.

In Vienne-le-Chateau staan de deuren van de kerk wijd open. De ketk ziet er leeg uit. We raken aan de praat met een voorbijganger, een oud-brandweerman. De woorden rollen uit zijn bijna tandeloze mond. De kerk heeft onder water gestaan, net als de rest van het dorp. Midden in de nacht was het water in anderhalf uur met 1,59 meter gestegen. Dit was in de zomer nog nooit voorgekomen. Hij weet van geen ophouden, we krijgen het hele verhaal. Zijn kleinzoon zit op een paaltje lijdzaam te wachten tot hij klaar is met zijn verhaal.

Het landschap waar we door fietsen is grootschalig en uitgestrekt, met kilometers lang vooral graan en suikerbieten. Het materieel dat rond rijdt past hierbij: kolossale trekkers en volgeladen vrachtwagens. Ze denderen over de smalle landweggetjes. De weg voelt krap voor hen en ons samen.

De route brengt ons in L’Épine, een gehucht van 600 inwoners met een basiliek. Het ding staat kolossaal op het plein. Het lijkt een decorstuk in het omringende landschap. Hij maakt deel uit van de route naar Santiago. Daarom is hij ooit zo groot opgezet. Hij ziet er fantastisch uit, mooi gerestaureerd, met alleen al aan de buitenkant veel details. We stoppen om te kijken.

Geef een reactie