Negombo

We gaan naar de vismarkt vanochtend. We hebben twijfels om onze fiets daar onbeheerd achter te laten, dus we gaan met de tuktuk. Vlakbij het hotel stappen we in. En natuurlijk stopt de chauffeur al na 100 meter, want zijn repertoire is veel groter dan alleen de vismarkt. We krijgen plaatjes van tempels, van boottochtjes en van de haven. Voorlopig zijn we niet te vermurwen, we gaan alleen naar de vismarkt.

Eigenlijk is markt niet het goede woord. Hier wordt vis verkocht, vis verwerkt en vis gedroogd. We zien zoveel soorten vis, van haai tot makreel, zwaardvis en tonijn, makreel en spiering. In maat variërend van zeer ondermaats tot ruim een meter.

Het spreekt voor zich dat we toch verder met de tuktuk de stad in gaan. We rijden langs de haven, naar de Hollandse landpoort, met zo’n karaktertiek geveltje, daterend uit 1678. Meer indruk maakt het dat je, onder de poort door, bij de ingang van de gevangenis komt. Er staat een hele rij mensen te wachten, het is bijna bezoekuur.

Daarna worden we langs de katholieke kerk gereden, met een Jezus uitnodigend op een bankje onder de goudenregen. We lopen door de bek van de leeuw de boeddistische tempel in. We zien de Dutch canals. Als gewoonlijk hebben de Nederlanders zich ook hier bemoeid met de waterhuishouding. En dan is het even genoeg, we gaan lunchen aan het strand.

En na zo’n ritje in de tuktuk lijkt het verkeer prima behapbaar, beter dan vanuit het busje van gisteren (of zit het verschil in een goede nachtrust?). Dit geeft goede moed. De rest van de stad gaan we straks lekker op de fiets bekijken.

Geef een reactie