Simplon

5 augustus Varzo – Brig

Gisteravond hebben we nog eens naar de weg over de Simplonpas gekeken. Garmin maakt de klimmetjes diepdonkerrood, de zwaarste categorie. Het boekje van Benjaminse lijkt wat optimistischer en heeft het over 6 tot 8 procent. Chatgpt vindt het een zware klim maar belooft ons op de top een epische beloning. Al met al zijn we er niet helemaal gerust op.

We starten vanuit Varzo op 539 meter. We rijden van de start af omhoog. Het is bewolkt en aan de frisse kant. Het maakt niet uit, al na een paar kilometer zijn onze shirts doorweekt. 

Ooit is deze weg door Napoleon aangelegd. Sindsdien zijn er veel tunnels bijgekomen. Die zijn tijdens het klimmen geen feest. We gaan zo langzaam dat al het andere verkeer ons inhaalt. Door de galm in de tunnel is het geluid verschrikkelijk. Het is elke keer een verrassing door wie of wat we nu weer ingehaald worden.

We passeren de Zwitserse grens. We merken het meteen aan de kwaliteit van de koffie. En waar we bij de lunch hadden gehoopt op een groot bord pasta, komen we nu niet verder dan een broodje ei. En ondertussen klimmen we door. 

In een aantal tunnels wordt gewerkt. Dat betekent stoplichten en filerijden. Soms is rekening gehouden met fietsers, dan krijgen we bij het stoplicht een paar minuten voorsprong. Helaas is dat met mijn tempo niet genoeg om de file voor te blijven.

En dan uit de laatste tunnel is de weg ineens vlakker. Nu voelen de toppen met sneeuw dichtbij. De weg heeft nog een laatste hobbel en dan zijn we op de pas, op 2005 meter hoogte. Al met al hebben we 1468 meter geklommen. De uitzichten zijn fantastisch en wij euforisch.

We maken wat foto’s en dalen in een uur naar Brig in het Rhonedal op 716 meter. We hebben bijna kramp in de handen van het remmen. En al rijdend verwonderen we ons dat we dit helemaal naar boven gereden hebben.

Opmaat

4 augustus Verbania – Varzo

We kunnen er niet meer omheen. Zo gauw we het hotel uitrijden zien we de Alpen voor ons. We menen zelfs sneeuw te zien. We doen nog een stukje fietspad en een mooi dorpje aan het water. Dan draaien we de via Sempione op, de weg naar de Simplon. 

Het is allemaal nog redelijk vlak. We trappen lekker door. In Vogogna zien een mooie burcht liggen. Terwijl we het erover hebben om te stoppen voor een foto trappen we door. En dan is het moment voorbij. En voor wie nieuwsgierig is, check Google.

We rijden nog steeds door het dal langs een rivier. Er zijn bordjes die in vier talen waarschuwen voor hoog water en vloedgolven. Op dit moment ziet de rivier er heel onschuldig uit. Als we om ons heen kijken zien we aan alle kanten bergen. Het is onontkoombaar, we moeten er echt overheen.

Net voorbij het kerkje in de weg van Masera stoppen we voor een dagmenu. Hier eten we in de tuin, met alle werklui van het dorp. Het zijn nog steeds Italiaanse prijzen. Nu hebben we voldoende basis voor wat komen gaat.

Het eerste stukje is meteen 12%. Dat is echt aanpoten. Gelukkig komen er wat haarspeldbochten achter aan en voor we het weten zijn we het dal uit. 

Vanaf nu is het gestaag klimmen. Het is zonnig en niet zo steil en de uitzichten zijn fantastisch. De bergen zijn waanzinnig mooi, hier fietsen is om kippenvel van te krijgen. 

Het is warm in de zon. We stoppen in Varzo, het laatste dorp voor de Simplonpas. Morgenochtend gaan we verder omhoog.

Lugano

3 augustus Porlezza – Verbania

Op zaterdagavond had onze camping livemuziek. De buurcamping ook. Wij lagen in ons tentje en voelden ons alsof we midden op het bevrijdingsfestival lagen. Na de muziek hebben de buurjongens nog wat nagekletst. Ofwel het wakker worden valt niet mee vanochtend.

We rijden langs het meer van Lugano, op de smalle weg tussen water en bergen. Gelukkig is het op zondagochtend niet druk, al lijkt het of iemand in Duitsland een blik Ferrari’s heeft open getrokken. We moeten een paar tunnels door. Gelukkig kunnen we ook een paar keer buitenom. Rond het meer zijn de bergen mooi en groot aanwezig. 

Dan passeren we de Zwitserse grens. We zijn inmiddels zo’n 1000 kilometer onderweg. Als Carry de douanier passeert zegt hij dat hij op me wacht. De man reageert door zijn tong uit te steken en te doen alsof hij de boter van een boterham likt.

We rijden door Lugano. Het boekje meldt meermaals hoe duur deze stad is. We vinden het vooral ingewikkeld fietsen. We moeten bij het station een flink stuk omhoog. Het kan alleen door de fiets te duwen. Als we halverwege zijn houdt een mevrouw me aan om in het Frans te vertellen dat het ook met een trammetje kan. We duwen gewoon door. Het lukt me om hier ergens zowel Carry als de route kwijt te raken. 

Als we elkaar weer gevonden hebben rijden we over het fietspad verder. We rijden Italië weer in. Hier is geen douanier te bekennen. 

De rest van de dag volgen we vooral fietspaden. Er is een mooi stuk over een oude trambaan. We vermijden een klimmetje van 100 meter door over de grote weg te gaan. Uiteindelijk komen we aan in Laveno aan het Lago Maggiore. Hiermee hebben we de Italiaanse grote meren gehad. We kruisen met een pontje. Hier hoeft niet gewacht te worden, deze vaart elke 20 minuten.

Aan de overkant fietsen we langs de boulevard van Verbania en vinden een overjarig hotel aan de rand van het meer.

Traag

2 augustus Valmadrera – Porlezza

Het heeft flink geregend vannacht. Als we wakker worden hangt de mist over de bergen aan de overkant van het meer. De weersverwachting voor vandaag is niet ideaal, maar in het hotel is vannacht geen plaats. Dus we starten langzaam in de hoop dat het weer beter wordt. 

Tegen de tijd dat het droog is stappen we op. We mogen meteen aan de bak met mijn favoriete spelletje, tunnels rijden. Van de eerste vijf kilometer is drie kilometer tunnel. Het is vooral het geluid dat het heftig maakt, het komt van alle kanten, je hebt geen idee of de auto’s van voor of achter komen.

Achter de tunnels schijnt de zon. We rijden over de weg tussen de bergen en het meer. Het is fantastisch. Op de smalle stukken rijden we aan de kop van een file.  De meeste auto’s wachten zonder toeteren op hun beurt. Tegemoetkomend zijn het de Nederlandse campers die aan kop rijden. 

In Bellagio willen we met het pontje naar de overkant. We moeten ruim een uur wachten. Vanaf het bankje waar we zitten hebben we mooi uitzicht op de overkant. We amuseren ons over de toeristen en de foto’s die hier achter elkaar gemaakt worden.

Het is een korte overtocht. We worden aangesproken door een Amerikaan, hij vindt het heel bijzonder wat we doen. Dat gaat hij zeker aan zijn vrienden thuis vertellen. Het mooiste is dat hij zich serieus afvraagt hoe we weer uit de vallei komen. 

Het traject Menaggio – Porlezza loopt over een oude treinbaan. We klimmen gestaag. Het is een mooi stuk door het bos met zelfs een oude treintunnel. Helaas is bij het voormalige station niets te happen. Dat wordt dus een late lunch met broodjes in het weiland. Het loopt inmiddels tegen vieren. We zijn er klaar mee voor vandaag.

We stoppen bij een camping aan het meer van Lugano. De camping is vol, maar er wordt een plekje gevonden naast een stacaravan. En dat past zelfs als de eigenaar van de stacaravan onverwacht toch komt. 

Nat

1 augustus Palosco – Valmadrera
Optimistisch als we zijn hadden we amper naar de weersapp gekeken. Die zag er prima uit voor vandaag. Dat pakt anders uit. Binnen vijf kilometer vallen de eerste druppels. We rijden door een mooi natuurpark langs de Serio. We zien wat konijnen oversteken, een mooi klein Italiaans maatje. Net als we onze regenjas aantrekken landt er een vliegtuig.

We moeten nog even langs de Decathlon, iemand heeft iets doms gedaan met een campinggasje. Als we weer buiten komen hoost het. Er rest ons niets anders dan wachten. Op het moment dat de regen even minder wordt stappen we op om naar een koffietent te rijden.

We wachten tot het onweer voorbij is en  we passen de route aan. Met dit weer gaan we niet steil omhoog naar de bovenstad van Bergamo. We houden het bij de oude benedenstad. Navigeren in de regen is overigens nog een verhaal op zich. Mijn schermpjes denken dat de dikke druppels mijn vingers zijn en vliegen alle kanten op. Er rest me niets anders dan strak bij Carry in het wiel zitten.

Het trekt langzaam open. Carry vindt het enige restaurant in de omgeving. Aan het bordje op de deur te zien hebben de inspecteurs van Michelin het al eerder gevonden. Ook in onze natte fietskleren is het een bijzondere lunch. Het is dat we nog moeten fietsen vandaag anders hadden we ook een wijnarrangement gedaan.

Van nu af rijden we echt de bergen tegemoet. De kerktorentjes zijn weer anders, niet meer zo vierkant en niet meer zo hoog. We kruisen de Adda met het pontje van Leonardo. Het schijnt dat die ooit bedacht heeft hoe je met een roer de waterstroom zo kan gebruiken dat je zonder extra kracht de rivier kan oversteken. 

Vanaf hier fietsen we langs de Adda. We fietsen het dal in. De bergen zijn steeds nadrukkelijker aanwezig, de zon schijnt en wij fietsen er midden in. Wat een feest om dit samen te doen.

Iseo

31 juli San Felice de Benaco – Palosco

Vanaf de camping moeten we meteen aan de bak. In de eerste paar kilometer stijgen we ruim 200 meter. Het is zo steil dat we niet harder dan stapvoets rijden. Natuurlijk worden de uitzichten over het Gardameer ook steeds mooier. 

Na een kilometer of 15 rijden we weer langs een riviertje. Op dit traject heeft niet alleen het water weinig ruimte, ook het fietspad is behoorlijk ingeklemd tussen water en grote weg.

Langs een lelijke cementfabriek, waar we al eens eerder over geschreven hebben, rijden we Brescia in. Het is een mooi provinciestadje en we stoppen aan een van de pleinen voor koffie. Twee vakantiefietsers willen de kerk aan de overkant bekijken, ze parkeren hun fiets naast de onze en vragen of we een oogje in het zeil willen houden. Fietsers onder elkaar?

Vanaf hier rijden we op de Ciclovia della cultura naar Bergamo. Een prima, redelijk vlak fietspad met steeds weer uitzicht op de bergen. We vragen een voorbijganger naar een plek voor de lunch. Die is net om de hoek. We zouden er zo voorbij gefietst zijn, met een in het groen verscholen entree. De uitstraling is enorm luxe, maar ook in onze fietskleding zijn we welkom. Voor 20 euro is er een prima menu van de dag.

Het is zonnig vandaag en niet te warm. Goed weer voor een siësta in de schaduw. En lekker weer om te fietsen.

Tot aan het meer van Iseo loopt het fietspad door. We worden er blij van. Het is vrij vlak met goede verharding. Het loopt door wijngaarden en achterafhoekjes en de uitzichten op de bergen zijn fantastisch. Langzaam dalen we weer tot aan het meer. We draaien een bocht om en ineens staan we aan de oever.

Burenborrel

30 juli Verona – San Felice del Benaco

Als we de straat uit rijden, komen we nog even langs de Arena. Dan rijden we de stad uit door een puzzel van eenrichtingsstraten.

Er loopt een mooi fietspad naast de weg. Het is jammer genoeg niet open. Dat betekent dat bij elke kruising oranje plastic versperringen hangen. We blijven dus gewoon op de weg. Dat gaat prima. We krijgen alle ruimte, zelfs van Nederlandse auto’s. 

De route-omschrijving geeft aan dat we een goed fietspad langs de rivier de Mincio gaan volgen. We slaan af en rijden met een klein bruggetje over een mooi stroompje. Ik stop voor foto’s, maar dit is nog niet de Mincio. Die ligt wat verder op, een grote bak turquoise water die niet zo spannend is. 

Na de koffie in Monzambano kronkelen we door de wijngaarden naar Desenzano. We hebben wat korte pittige hellingen, maar het is vooral dalen. Het is jammer dat het bewolkt is. De uitzichten op het Gardameer zouden anders nog mooier zijn.

Vanaf hier wijken we af van onze geplande route. We rijden tien kilometer corvé naast een constante stroom van vooral buitenlandse auto’s. We vinden een camping met een plekje met mooi uitzicht.

Dan rijden we nog even stevig omhoog, zodat we alsnog bezweet aankomen bij de Wipstrikparkburenborrel. 


Verona

29 juli Masi – Verona

Na een herfstig dagje gisteren, met minder regen dan voorspeld, stappen we vanochtend weer op. Het weer voelt bijna voorjaarsachtig. Het fietst makkelijk door het vlakke land. We moeten er nog even van genieten want de Dolomieten komen steeds dichterbij. 

Vandaag volgen we voor de laatste keer de Reitsma-Rome route. Het is weer goed bevallen. We zijn wel tot de ontdekking gekomen dat ons boekje, uit 2019, niet meer helemaal up-to-date is. De gpx uit 2025 volgt deels andere trajecten. Vanaf morgen gaan we verder op de Benjaminse Venetië route. 

We drinken koffie in Montagnana, een klein stadje dat nog helemaal ommuurd is. Het verveelt nooit, onder de poort door rijden en kijken waar je uitkomt. 

We rijden verder langs de Adige. Ook nu weer over een brede hoge dijk. Onze theorie van vandaag is dat de rivier door aanslibbend materiaal steeds hoger komt. Nu ziet het eruit als een kalm stroompje maar aan de bedding is te zien dat het niet altijd zo is. 

We laten de Adige achter ons. Via de krochten van een bedrijventerrein rijden we naar een Decathlon voor camping gas. Van hieraf rijden we naar het centrum. Natuurlijk gaan we onder een poort door en langs een stadsmuur. Voor we het weten staan we naast de Arena. Ons hotel ligt een stukje verderop. De Duitser in de mercedes vindt dat we hem als gast van het hotel in de weg staan, maar ook fietsers kunnen hier logeren.

We wandelen een rondje door de stad, we zien het balkon van Julia en we maken zo maar precies dezelfde foto als 10 jaar geleden op onze eerste fietsvakantie.

Salve

27 juli Ferrara – Masi

Gisteravond regende het. Buienradar voorspelde urenlange helse buien. Dat viel gelukkig mee. Na het eten was het al weer droog. Voor morgen blijft de verwachting erg slecht, met schattingen van 18 tot 35 mm neerslag.

Vanochtend is het in elk geval heerlijk zonnig. We rijden eerst op het gemak een rondje door de stad en gluren binnen in wat kerken. In de kathedraal walmt de wierook ons tegemoet. 

We steken de Po over. Het smalle paadje langs de brugleuning is een uitdaging voor mijn hoogtevrees. Van hier af rijden we een paar kilometer over de dijk voor we weer het binnenland in gaan. Het landschap van de Povlakte is niet zo spannend. Er is zoveel mais dat we onszelf op een gesprek betrappen over de hoogte van de Italiaanse mais in vergelijking met de Nederlandse.

Van veraf steken de kerktorens boven alles uit. De bouwstijl verandert. Aan de architectuur zien we dat we de Veneto naderen. En of het de zondag is, of de andere streek, passanten groeten ons met ‘salve’. Onze enige associatie is ‘salve Maria’ maar het blijkt een normale, wat formele groet.

Er zit niet veel leven in de gehuchten waar we doorheen fietsen. Maar een kerk is er altijd en een kroeg ook. We stoppen voor koffie. De mannen van het dorp zijn heftig in discussie over de politiek en ook voor twaalf uur ‘s ochtends hoort daar wijn bij. 

Kilometers lang rijden we langs de Adigetto, een zijarmpje van de Adige, dat doorloopt naar de Po. Dit riviertje heeft wel heel weinig ruimte. Onze inschatting was dat het een irrigatiekanaal was, gezien alle regelwerken en de betonnen oevers. En ondertussen komen de Dolomieten dichterbij.

In Lendinara willen we lunchen. Er zijn wat mooie terrasjes, goeie pleintjes en oude gebouwen, maar verder dan een kleffe tosti komen we niet. Wat verderop landen we in een hotel in the middle of nowhere. Daar wachten we de buien van morgen af.

Povlakte

26 juli Lugo – Ferrara

We beginnen de dag met een rondje door Lugo. We passeren het 14e eeuws fort en rijden dwars door het pavaglione, een groot vierkant gebouw met een plein in het midden. Dan rijden we langs een kanaal de stad uit. Het is heerlijk weer. De buien van vannacht hebben de lucht schoongespoeld. Het landschap is vlak, het uitzicht weids. En een beetje eentonig, sorghum, zoet geurende klaver en af en toe een veld tomaten.

Rond Argenta rijden we een mooi onverhard pad op de dijk. Techneut als we zijn verbazen we ons over het formaat van de dijk, bij een klein riviertje en een wat groter kanaal. Ook verderop loopt het pad onverhard door. We missen bijna de afslag naar het asfalt, zo gedachtenloos fijn is het fietsen.

Als we verder rijden zien we steeds vaker boomgaarden. Fruitbomen met takken die buigen onder het fruit. Toch maakt het geheel geen welvarende indruk, meer een beeld van hard werkend de eindjes aan elkaar knopen. In de verte zien we voor de eerste keer de dolomieten.

In een gehucht gaan we lunchen. Op de deur wordt George Elliot geciteerd ‘niemand kan wijs zijn met een lege maag’. Dat is het hipste van de zaak. Binnen is het druk met mensen uit de buurt die komen voor het dagmenu van 15€, inclusief kwart liter wijn en koffie. Voor ons is het een toevalstreffer, al laten we de wijn nog even achterwege.

Het laatste stuk rijden we langs een slingerende oude arm van de Po. Hier valt op dat we alleen krekels horen bij boerderijen waar voldoende bomen staan. Daar zingen ze oorverdovend. 

Langs de stadsmuur rijden we Ferrara binnen. We rijden onder een grote boog door het centrum in. Uitgaand van alle weerswaarschuwingen hebben we een hotel genomen. Voorlopig lijken alle buien Ferrara te vermijden.