11 augustus Oderen – Sanchey
Als we opstappen is het nog fris. De zon komt net boven de heuvel aan de overkant. De eerste paragliders hangen al in de lucht. Wij gaan de Col d’Oderen over op 884 meter. Dat is een stevig uur gestaag klimmen, met aan het eind een uitschieter tegen 13%. Het is een mooie weg die met haarspeldbochten door het bos gaat. En wat zo fijn is, er is amper verkeer.

De bult weer af gaat soepel en van hieraf rijden we over een voie vert, een oude spoorlijn. De stations zijn er nog, maar de meeste zijn vervallen. De overwegen zijn omgedraaid, als fietser moet je tussen de bomen door voor je de weg kan kruisen. We dalen langzaam en het fietst heerlijk.


In Remiremont lunchen we. Het hele restaurant zit vol bejaarden, of zijn het leeftijdsgenoten? Het viel ons gisteren ook al op dat rond lunchtijd de horeca wordt overgenomen door grijze koppen met een dagmenu.

Als we weer opstappen is het echt warm. Bergop met deze temperatuur is geen pretje. We rijden nu ergens in de binnenlanden en het volgende stuk is onverhard. De stenen zijn precies in een maatje onmogelijk om lekker te fietsen. Het bos is eindeloos mooi, maar het kost moeite er echt van te genieten.

De camping in Xertigny blijkt een camperplek. Geen probleem, we fietsen gewoon door. Vanaf hier zijn er nog weinig hoogtemeters. Dat laatste valt tegen, we moeten vals plat omhoog langs het Canal des Vodges. Dit is een van die kanalen in Noord Oost Frankrijk met om de haverklap een sluis. We worden gered door de waterscheiding, van hier af loopt het kanaal weer langzaam omlaag. We hebben nog een uitdaging om het kanaal te kruisen voor we bij de camping komen. Er is geen brug maar een tunneltje onder het kanaal door. Bij een 19e eeuws kanaal hadden we dat niet verwacht.

De camping heeft slecht nieuws. Er is geen plaats. Na deze lange, warme dag valt dit rauw op mijn dak. De tranen spatten eruit. De dame van de camping onderbreekt haar verhaal, haalt een karaf water en vindt alsnog een plekje waar we mogen staan.
